Zorg voor een urenadministratie!
Het urencriterium is de sleutel tot vele fiscale tegemoetkomingen voor IB-ondernemers. Denk aan de zelfstandigenaftrek, de startersaftrek, de oudedagsreserve, de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk en de meewerkaftrek. U moet aannemelijk maken dat u in een kalenderjaar ten minste 1.225 uur aan de onderneming hebt besteed. Als u geen startende ondernemer (meer) bent en u verricht naast het werk voor uw onderneming nog andere werkzaamheden (in of buiten dienstbetrekking), dan moet u ook aannemelijk maken dat van de voor werkzaamheden beschikbare tijd meer dan de helft is besteed aan uw onderneming.
Door de coronacrisis kan het lastig zijn om aan het urencriterium te voldoen. Om dat te voorkomen, geldt er een goedkeuring voor de periode van 1 maart 2020 tot 1 oktober 2020. U mag er in die periode van uitgaan dat u ten minste 24 uur per week aan uw onderneming hebt besteed. Ook als u dat niet werkelijk hebt gedaan. Zijn uw werkzaamheden seizoensgebonden, dan geldt er nog een extra regeling. Ligt de piek van uw werkzaamheden in de periode 1 maart tot 1 oktober? U mag dan uitgaan van de uren van 2019 in diezelfde periode. Uiteraard moet u die uren van 2019 wel aannemelijk kunnen maken.
Regel uw dotatie aan de oudedagsreserve
Om de dotatie aan uw oudedagsreserve over dit jaar veilig te stellen, is het verstandig om nog vóór het eind van het jaar na te gaan of uw ondernemingsvermogen eind 2020 ten minste gelijk zal zijn aan uw oudedagsreserve per ultimo 2019 plus de verwachte toevoeging over 2020. Als dit niet zo is, dan kunt u nog maatregelen treffen om uw ondernemingsvermogen te verhogen. U kunt bijvoorbeeld vanuit privé stortingen doen op de zakelijke rekening of een periode geen overboekingen doen naar privé. U bouwt uw oudedagsreserve op door jaarlijks een bedrag aan uw oudedagsreserve toe te voegen. Hiertoe bestaat geen verplichting. Voorwaarde is wel dat u voldoet aan het urencriterium. Er is een maximumbedrag dat u jaarlijks mag toevoegen. Voor 2020 is de toevoeging aan de oudedagsreserve 9,44% van de winst die u als ondernemer in Nederland heeft behaald, tot een maximumbedrag van € 9.218.
Kies voor een zakelijke beloning voor uw meewerkende partner
Als uw partner meewerkt in de zaak, is het reëel om daarvoor een adequate beloning toe te kennen. U heeft de keuze uit vier mogelijkheden, te weten: u kunt een man/vrouwfirma aangaan, u kunt een dienstbetrekking met uw partner aangaan, een reële arbeidsbeloning overeenkomen of kiezen voor de meewerkaftrek. De keuze voor een man/vrouw firma is complex. Neem hiervoor contact met ons op.
Voor een civielrechtelijke dienstbetrekking met uw partner is vereist dat er sprake is van een gezagsverhouding uit hoofde van de dienstbetrekking. Bij zo’n dienstbetrekking kunt u gebruik maken van faciliteiten in de loonbelasting. Kiest u ervoor om uw partner een reële arbeidsbeloning toe te kennen, dan kunt u deze vergoeding als arbeidskosten ten laste van de winst brengen. Vereist is dan wel dat die vergoeding € 5.000 of meer bedraagt en ook daadwerkelijk betaald wordt.
U kunt de meewerkaftrek toepassen als u als ondernemer winst geniet, aan het urencriterium voldoet en uw partner in het kalenderjaar minimaal 525 uren arbeid in uw onderneming verricht zonder daarvoor enige vergoeding te ontvangen die u ten laste van uw winst kunt brengen. De aftrek bedraagt een percentage van de winst oplopend van 1,25% tot maximaal 4%. In tegenstelling tot de dienstbetrekking en de arbeidsbeloning is uw partner geen belasting verschuldigd over de door u geclaimde meewerkaftrek.
De keuze voor een dienstbetrekking, een reële arbeidsbeloning of de meewerkaftrek wordt bepaald door de feitelijke situatie. Laat uw RB nog voor het einde van het jaar nagaan welke mogelijkheid voor u en uw partner de beste is.
Benut de resterende ruimte in de vrije ruimte
Benut de vrije ruimte voor de werkkostenregeling goed. Heeft u nog ongebruikte ruimte? Dan kunt u misschien dit jaar uw werknemers nog belastingvrije vergoedingen of verstrekkingen geven. U kunt een ongebruikt deel van de vrije ruimte niet doorschuiven naar volgend jaar. U hoeft de afrekening van de werkkostenregeling over het jaar 2020 (eindheffing werkkostenregeling) pas mee te nemen in de aangifte loonheffingen over februari 2021. Deze aangifte verzorgt en betaalt u in maart 2021.
Tip! In 2020 is door de coronacrisis de vrije ruimte over de eerste € 400.000 van de loonsom verhoogd van 1,7% naar 3%. Daarboven blijft het percentage gelden van 1,2%. Het kan daarom voordelig zijn om dit jaar meer vergoedingen en verstrekkingen te doen binnen de vrije ruimte.
Plan uw investeren om gebruik te kunnen maken van de BIK
Om werkgevers te stimuleren om juist in deze moeilijke tijden te investeren, wordt per 1 januari 2021 een nieuwe tijdelijke fiscale investeringssubsidie ingevoerd: de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK). De BIK wordt vormgegeven als een afdrachtvermindering op de loonbelasting/premie volksverzekeringen.
Wanneer u de investeringsverplichtingen van uw nieuwe bedrijfsmiddelen aangaat op of na 1 oktober 2020, dan krijgt u een korting op uw loonheffingen via een afdrachtvermindering. De BIK vormt een tijdelijke aanvulling op onder meer de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA), de energie-investeringsaftrek (EIA), de milieu-investeringsaftrek (MIA) en de willekeurige afschrijving milieubedrijfsmiddelen (VAMIL). U kunt dus verschillende investeringsregelingen tegelijkertijd benutten als ze van toepassing zijn op een investering.
Let op: deze regeling is op moment van publiceren van dit artikel nog niet definitief. Heeft u vragen; neem dan direct contact met ons op!
Benut de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek
Bent u van plan om te investeren in uw onderneming? Misschien is het voordelig om dat nog dit jaar te doen of kunt u die juist beter (gedeeltelijk) uitstellen tot 2021. Op die manier kunt u optimaal gebruik maken van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) en betaalt u minder belasting.
Voor de KIA moet u minimaal € 2.400 aan investeringen doen. Investeert u meer dan € 323.544, dan heeft u geen recht op KIA. Investeringen tot € 450 tellen niet mee. De KIA geldt zowel voor nieuwe als gebruikte bedrijfsmiddelen. Voor sommige bedrijfsmiddelen kunt u geen KIA krijgen, zoals grond, woningen en personenauto’s.
Benut energie- en milieu-investeringsaftrek
Naast kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) kunt u ook recht hebben op energie-investeringsaftrek (EIA) als u investeert in bepaalde energiezuinige bedrijfsmiddelen of milieu-investeringsaftrek (MIA) als u bepaalde milieuvriendelijke investeringen doet. De EIA bedraagt 45% van de investering. De MIA bedraagt afhankelijk van het bedrijfsmiddel 13,5%, 27% of 36%. Alleen investeringen in nieuwe bedrijfsmiddelen komen voor de EIA of MIA in aanmerking. Kleine investeringen tot een bedrag van € 2.500 komen niet voor EIA of MIA in aanmerking. U krijgt alleen EIA of MIA als de investeringen binnen drie maanden na het aangaan van de verplichting digitaal via het e-loket op mijn.rvo.nl zijn gemeld. Aan de hand van de energielijst of de milieulijst (te raadplegen op de site www.rvo.nl) kunt u bepalen of een bedrijfsmiddel in aanmerking komt voor EIA of MIA.
Voorkom een desinvesteringsbijtelling
Heeft u in de afgelopen vijf jaar investeringsaftrek toegepast? En verkoopt u het bedrijfsmiddel weer? Dan krijgt u misschien te maken met de desinvesteringsbijtelling. Dit is een bijtelling bij de winst van uw onderneming, waardoor u dus een stukje van de eerdere investeringsaftrek moet terugbetalen. De bijtelling geldt alleen als u voor meer dan € 2.400 aan bedrijfsmiddelen vervreemdt.
Vraag BTW van niet-betalende debiteuren terug
Weet u zeker dat klanten uw facturen niet meer zullen betalen? Dan kunt u de btw die u op die facturen in rekening heeft gebracht en afgedragen aan de Belastingdienst terugvragen. Dit kunt u in ieder geval doen op het moment dat de factuur een jaar na het verstrijken van de uiterste betaaldatum nog niet is betaald. Bent u geen betalingstermijn overeengekomen? Dan geldt een betalingstermijn van 30 dagen na ontvangst van de factuur door uw klant. U kunt de btw die u niet ontvangt in uw normale aangifte omzetbelasting terugvragen.
Btw-ondernemer met lage omzet: pas de kleineondernemersregeling toe
De kleineondernemersregeling (KOR) is per 1 januari 2020 gemoderniseerd. De regeling is vervangen door een omzetgerelateerde vrijstelling. Ondernemers in Nederland met een btw-omzet tot € 20.000 kunnen kiezen voor deze btw-vrijstelling. Deelname aan de KOR vermindert de administratieve verplichtingen voor de btw.
De ondernemer mag dan geen btw meer in rekening brengen bij zijn afnemers én hij kan geen omzetbelasting als voorbelasting in aftrek brengen. Omzetbelasting op zakelijke kosten en investeringen is dus niet aftrekbaar. Dit geldt ook voor btw die u heeft betaald in een ander EU-land, zoals de btw over tanken in Duitsland. De regeling geldt – anders dan de oude KOR – ook voor bv’s en andere rechtspersonen, zoals stichtingen en verenigingen. Had u al ontheffing van administratieve verplichtingen voor de btw, dan heeft de Belastingdienst u automatisch aangemeld voor de nieuwe KOR.
Bewaartermijnen: controleer uw administratie
U bent verplicht om uw administratie minimaal 7 jaar te bewaren. In sommige situaties is de bewaartermijn nog langer. Denk bijvoorbeeld aan de gegevens van onroerende zaken waarvoor een herzieningstermijn van 10 jaar geldt. Daarvoor geldt dus een langere bewaartermijn. Controleer dus goed of u uw gegevens wel goed bewaart.
Is de bewaartermijn voorbij? Dan kunt u alles vernietigen. Let er daarbij op dat er geen privacygevoelige informatie naar buiten komt.
Wilt u meer informatie betreffende bovenstaande tips? Stuur dan een bericht naar info@baetadvies.nl